Structuur bieden

Structuur bieden: saai en voorspelbaar is uitdagend genoeg

Door Sylvia van Asperen

Als baby’s nog jong zijn, zijn sommige ouders opgelucht als blijkt dat zij hun jonge kroost gewoon overal mee naar toe kunnen nemen. Onder het motto: ‘dan went hij of zij er maar aan’ mag het kleintje mee naar alle activiteiten die de ouders voor de geboorte ook gewend waren te ondernemen. 

Met enige trots vermelden sommige ouders dat zij hem of haar van jongs af aan hebben geleerd om zich aan te passen aan verschillende omgevingen. Een klein aantal ouders zal dit na enige maanden nog volhouden. Het merendeel van de ouders ondervindt dat naarmate een baby langer wakker is overdag – en dus vele malen meer zijn omgeving waarneemt dan voorheen – het kindje vooral gebaat is bij een vast slaap-waak-eetritme. Plus herkenbare volwassenen.

In de loop der jaren volgt ieder kind zijn eigen ontwikkeling. Daarnaast breidt de wereld zich meer en meer uit en nemen de wisselingen in omgeving toe. Krijgt het te maken met meer verschillende kinderen, meer volwassenen, meer omgevingen, meer prikkels… Om nog maar te zwijgen van de ontwikkelingen en veranderingen die het kind intern ervaart. 

Veel kinderen gedijen prima in deze veranderingen. Maar als de veranderingen en prikkels als overdaad wordt ervaren door het kind krijgen de volwassenen in de omgeving veelal het advies structuur te bieden. Structuur om de vloed aan prikkels in goede banen te leiden.

slaap-waak-eetritme

Terug naar de basis

Structuur bieden! Maar hoe? Terug naar de basis. Het eerste om terug op terug te grijpen is het voorspelbaar maken van de dagelijkse activiteiten. Terug naar het vaste slaap- waak- en eetritme door herkenbare ouders/verzorgers. Met daarbij vaste speel- en leermomenten. Hier is een basis mee gelegd: een dagritme. Maar, een dagritme staat nog niet gelijk aan het bieden van structuur! Het vaststellen van een dagritme is hier slechts een onderdeel van.

Voorspelbaar gedrag

Structuur is namelijk de optelsom van dagritme en voorspelbaar oudergedrag. Het gaat dus om voorspelbaar gedrag van de volwassenen om het kind heen. Het bieden van structuur houdt dus ook in dat het kind kan inschatten hoe een ander reageert op bepaalde situaties. 

Wellicht merk je in de praktijk dat er ouders zijn die wel degelijk vasthouden aan een dagritme, maar in hun gedrag niet voorspelbaar (genoeg) zijn. Dan is het zinvol om hier met de cliënt naar te kijken. 

Hoe pak je dat aan?

Als je in de praktijk (als leerkracht, wijkteammedewerker, coach of therapeut) zo’n situatie tegenkomt, is er één vraag die je altijd als eerste stelt: Welke verwachtingen heeft het kind aangaande de reactie van de volwassene en hoe reageert de volwassene?  Probeer hier achter te komen en kijk of de verwachte reactie en de werkelijke reactie overeenkomen. Zo niet, dan kun je hier aan gaan werken met de volwassene en het kind. Leg de lat niet te hoog. Kies een moment van de dag uit waarop het volgens de volwassene en/of het kind vaak mis gaat in de communicatie. 

Probeer alleen binnen deze situatie met aandacht uitsluitend voorspelbaar gedrag te laten zien. Maak hier afspraken over. Dat betekent dus ook dat bij ongeoorloofd gedrag van het kind een voorspelbare reactie mag horen. 

Technieken en materialen

De communicatie tussen ouder en kind is vaak in de loop der jaren ontstaan en niet in één keer of eenvoudig te veranderen. Om jezelf én de cliënt te helpen zijn er verschillende technieken die je kunt toepassen, maar ook verschillende materialen die je kunnen helpen. Hierover lees je meer in een volgend blog: Welke materialen helpen bij het bieden van structuur? 

Een mooie boodschap om mee af te sluiten voor jezelf én voor de ouders met wie je werkt: Voor kinderen hoef je niet spannend, innovatief, afwisselend en vindingrijk te zijn. Saai en voorspelbaar, dat is al uitdagend genoeg.

Deel dit bericht